Enkelklachten zijn klachten die men ervaart in en/of rondom het enkelgewricht. Verschillende structuren in en rondom de enkel zorgen ervoor dat de enkel stabiel is en tegelijkertijd beweeglijk is. Wanneer de enkel pijnlijk is zorgt dit er meestal voor dat er een verminderde bewegingsvrijheid (=mobiliteit) is in de enkel.
Heb jij een enkelklacht waar je graag van af wilt? Maak dan hier een afspraak met een van onze therapeuten.
De enkel uitgelegd..
Het enkelgewricht bestaat uit drie botstukken: het scheenbeen (tibia), het kuitbeen (fibula) en het sprongbeen (talus). Het sprongbeen bestaat weer uit twee gewrichten: het bovenste spronggewricht (BSG / articulatio talocruralis) en het onderste spronggewricht (OSG / articulatio talocalcaneonavicularis). Het BSG is een scharniergewricht dat zorgt voor strekken (plantairflexie) en buigen (dorsaalflexie). Het OSG is ook een scharniergewricht, maar de rotatieas ligt schuin, dat zorgt voor naar binnen draaien voet (inversie) en naar buiten draaien voet (eversie).
Welke type enkelklachten zijn er?
Er is een verscheidenheid aan type enkelklachten. Enkelklachten kan je op meerdere manieren categoriseren. In eerste instantie wordt er onderzocht of het gaat om een (sub)acute klacht of een chronische klacht. Het verschil tussen (sub)acute en chronische klachten wordt bepaald door de tijdsduur van de klacht. Bij acute klachten treedt binnen zes tot acht weken functieherstel en genezing op zonder restletsels (zoals functionele instabiliteit). Binnen twaalf weken hebben de meeste patiënten het sporten weer hervat op hetzelfde niveau als voor het trauma. Chronische klachten zijn klachten die langer dan drie maanden voortduren. De term ‘chronisch’ is een vakterm dat niets zegt over het feit dat je klacht nooit meer overgaat of dat het ‘tussen de oren’ zit. Het gaat hier om de tijdsduur van de klacht. Voor beide type klachten zijn er behandelmogelijkheden. Dit brengt ons meteen bij de volgende categorie: specifieke of a-specifieke enkelklachten. Specifieke klachten zijn klachten waarbij het duidelijk is wat de oorzaak betreft, denk bijvoorbeeld aan een inversietrauma (verzwikking/verstuiking). A-specifieke klachten zijn klachten waarbij de oorzaak onbekend is, zelfs na beeldvormend onderzoek (bijvoorbeeld MRI / röntgenfoto). Hier geldt ook weer dat de term ‘a-specifiek’ een vakterm is en niets zegt over het feit dat je klacht nooit meer overgaat of dat er zelfs geen lichamelijk oorzaak is. Triggerpoints in het onderbeen met uitstralende pijn in/naar de enkel zouden bijvoorbeeld een oorzaak kunnen zijn.
Welke oorzaken zijn er?
Enkelklachten kunnen meerdere oorzaken hebben: traumatische en niet-traumatische oorzaken. De meest voorkomende klachten komen voort uit acuut enkelletsel door het sporten (traumatisch). In 2013 liepen sporters in Nederland 680.000 enkelblessures op. Dat is 15% van alle sportblessures in dat jaar. Vaak zijn deze enkelblessures de oorzaak voor het ontstaan van enkelklachten. Veel voorkomende oorzaken van enkelklachten zijn een enkelfractuur, enkelverzwikking, enkelontwrichting, achillespeesklachten en een impingement (inklemming) van weefsel in de enkel. Niet-traumatische klachten zijn bijvoorbeeld hielspoor (fascitis plantaris), vergroeïng van de grote teen (hallus valgus) of osteoarthritis. Oorzaken kunnen o.a. overbelasting of anatomische veranderingen zijn.
Een instabiel enkelgewricht kan een oorzaak zijn voorafgaand aan de blessure, maar is tevens ook het belangrijkste gevolg van een enkelblessure.
Wat zijn de belangrijkste kenmerken en symptomen?
Per blessure is er een bepaald mechanisme voorafgegaan. Bij een enkelfractuur kan je denken aan een (ongelukkige) val van een hoogte, een auto-ongeluk, grote inwerkende kracht van buitenaf of een sterke enkelverzwikking. Bij een enkelverzwikking of -verstuiking kan je denken aan een misstap, plotselinge verandering van richting bij het rennen of verkeerd landen bij een sprong. Bij achillespeesklachten kan je denken aan langdurige overbelasting op de achillespees, een te hoge trainingsintensiteit bij het sporten, een te gespannen kuitspier of een verkeerde stand van de enkel.
Bij acute momenten leidt dit meestal tot een ontstoken enkel. Een ontstoken enkel (synovitis) kenmerkt zich door:
Welke behandelingen zijn er?
Er is een verscheidenheid aan behandelingen. Je kan ze grofweg onderverdelen in operatief en conservatief. Indien de enkelklacht van dien aard is dat er mogelijk een operatie aan te pas moet komen, wordt je doorverwezen naar eerst de huisarts of medisch specialist. Wanneer de enkelklacht conservatief behandeld kan worden dan kunnen wij, de fysiotherapeuten, met jou aan de slag gaan. De behandeling verschilt per individu en wordt mede bepaald door de oorzaak en duur van de blessure. Hoe de fysiotherapie behandeling(en) eruit komt te zien en welke adviezen wij geven worden individueel bepaald. Bij de meeste enkelklachten is het in ieder geval belangrijk dat het gewricht relatieve rust krijgt. Dat betekent belasten op geleide van pijn. Daarnaast is het belangrijk om de mobiliteit, kracht en stabiliteit van de enkel te waarborgen.